Hawar Tawfiq
Hawar Tawfiq schreef M.C. Escher’s Imagination in opdracht van het Concertgebouworkest.
Bij toeval ontdekt
Tawfiq is een even productieve als fascinerende componist. Dat zijn muziek regelmatig in verband wordt gebracht met kleur en beeldende kunst is niet verwonderlijk: hij groeide in Noord-Irak op in een Koerdisch gezin waar schilderijen en schilderen een belangrijke rol speelden in het dagelijks leven. Zo is zijn oudere broer Salar een van de invloedrijkste kunstschilders in het land. Zelf krijgt Hawar Tawfiq al op jonge leeftijd vioollessen.
In 1998 arriveert hij na een levensgevaarlijke reis van enkele maanden als minderjarige asielzoeker in Nederland. Dankzij een lerares in het opvangcentrum worden zijn muzikale talenten bij toeval ontdekt en wordt hij in contact gebracht met het conservatorium van Tilburg. Hij studeert viool bij Annemieke Corstens en Alexander Kerr en compositie bij Alexander Hrisanide en Roderik de Man. Als zijn asielverzoek wordt afgewezen, bepleiten gezaghebbende figuren uit het muziekleven – onder wie Kerr en Herman Krebbers, beiden voormalige concertmeesters van het Concertgebouworkest – zijn zaak en mag hij zijn studie afronden. In 2011 sluit hij zijn opleiding compositie af met de hoogst mogelijke waardering.
Mysterieuze ademklanken en lopende insecten
Voor de opdracht die het Concertgebouworkest hem verleende, voelde Tawfiq een sterke behoefte aan een inspiratiebron van Nederlandse bodem. De keuze viel op de graficus M.C. Escher; daarnaast boden Nederlandse landschappen, insecten en de zelfstandig lopende strandbeesten van kunstenaar Theo Jansen inspiratie. Als basismateriaal gebruikt Tawfiq een motiefje dat eerst klinkt in de soloklarinet: een lange noot, gevolgd door twee groepjes van drie snelle dalende noten. ‘Net als Escher, die veel werkt met omkeringen, heb ik veel met dit motief gespeeld’, aldus Tawfiq. Het motiefje is lang niet altijd herkenbaar, maar ‘alle inzetten refereren direct of indirect aan het motief of de intervallen daarvan.'
Het werk begint met mysterieuze ademklanken. ‘Bij Escher heb ik het gevoel dat hij zijn werken leven inblaast, alsof alles in beweging is’, verklaart de componist. ‘Een ander belangrijk effect wordt gevormd door klikklanken bij de blazers (…). Insecten en hun transformaties zijn belangrijk voor Escher; ik heb geprobeerd het geluid van lopende insecten uitvergroot weer te geven.’
Vrij zijn in onze geest
De componist wil echter onderstrepen ‘dat de luisteraars geen lopende insecten of een blazende Escher voor zich hoeven te zien, maar in de muziek het mysterie en de schoonheid ervan horen. (…) De magie van de muziek geeft ons de gelegenheid om vrij te zijn in onze geest en in onze opvattingen over klank. (…) In dat opzicht heeft een klank op zichzelf geen vaste betekenis. Het poëtische aspect van de muziek begint daar waar het verstand plaatsmaakt voor de vibratie en het mysterie van de schoonheid.’
De beoogde wereldpremière van M.C. Escher’s Imagination door het Concertgebouworkest in december 2021 kon vanwege de pandemie niet doorgaan; de eerste uitvoering werd op 11 juni 2022 verzorgd door het Nederlands Philharmonisch Orkest.
Door: Martijn Voorvelt voor Preludium