dirigent
Jakub Hrůša
Jakub Hrůša is chef-dirigent van de Bamberger Symphoniker en eerste gastdirigent van het Tsjechisch Filharmonisch Orkest en het Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia. Per 2025/2026 gaat hij de Royal Opera in Londen leiden.
Als gastdirigent heeft Jakub Hrůša een goede band met onder meer de Wiener, de Münchner en de Berliner Philharmoniker, het Leipziger Gewandhausorchester, de Staatskapelle Dresden, het Orchestre de Paris, het NHK Symphony Orchestra Tokyo, de orkesten van Cleveland, New York, Chicago en Boston en – sinds 2015 – het Concertgebouworkest.
Opera dirigeerde Jakub Hrůša op het Glyndebourne Festival en in de grote theaters van Wenen, Londen, Parijs en Zürich.
Zijn opnames van de vioolconcerten van Martinů en Bartók met Frank Peter Zimmermann en dat van Dvořák met Augustin Hadelich werden hooggeprezen; Bruckners Vierde en Mahlers Vierde symfonie met de Bamberger Symphoniker waren goed voor een ICMA Prize respectievelijk een Preis der deutschen Schallplattenkritik.
Jakub Hrůša studeerde in Praag bij onder anderen Jiří Bělohlávek en was in 2015 de eerste winnaar ooit van de Sir Charles Mackerras Prize. In 2020 kreeg hij naast de Bayerische Staatspreis für Musik ook in zijn vaderland de Antonín Dvořák Prize. De dirigent is voorzitter van de International Martinů Circle en van The Dvořák Society.
Jakub Hrůša is chef-dirigent van de Bamberger Symphoniker en eerste gastdirigent van het Tsjechisch Filharmonisch Orkest en het Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia. Per 2025/2026 gaat hij de Royal Opera in Londen leiden.
Als gastdirigent heeft Jakub Hrůša een goede band met onder meer de Wiener, de Münchner en de Berliner Philharmoniker, het Leipziger Gewandhausorchester, de Staatskapelle Dresden, het Orchestre de Paris, het NHK Symphony Orchestra Tokyo, de orkesten van Cleveland, New York, Chicago en Boston en – sinds 2015 – het Concertgebouworkest.
Opera dirigeerde Jakub Hrůša op het Glyndebourne Festival en in de grote theaters van Wenen, Londen, Parijs en Zürich.
Zijn opnames van de vioolconcerten van Martinů en Bartók met Frank Peter Zimmermann en dat van Dvořák met Augustin Hadelich werden hooggeprezen; Bruckners Vierde en Mahlers Vierde symfonie met de Bamberger Symphoniker waren goed voor een ICMA Prize respectievelijk een Preis der deutschen Schallplattenkritik.
Jakub Hrůša studeerde in Praag bij onder anderen Jiří Bělohlávek en was in 2015 de eerste winnaar ooit van de Sir Charles Mackerras Prize. In 2020 kreeg hij naast de Bayerische Staatspreis für Musik ook in zijn vaderland de Antonín Dvořák Prize. De dirigent is voorzitter van de International Martinů Circle en van The Dvořák Society.
Jakub Hrůša is chef-dirigent van de Bamberger Symphoniker en eerste gastdirigent van het Tsjechisch Filharmonisch Orkest en het Orchestra dell’Accademia Nazionale di Santa Cecilia. Per 2025/2026 gaat hij de Royal Opera in Londen leiden.
Als gastdirigent heeft Jakub Hrůša een goede band met onder meer de Wiener, de Münchner en de Berliner Philharmoniker, het Leipziger Gewandhausorchester, de Staatskapelle Dresden, het Orchestre de Paris, het NHK Symphony Orchestra Tokyo, de orkesten van Cleveland, New York, Chicago en Boston en – sinds 2015 – het Concertgebouworkest.
Opera dirigeerde Jakub Hrůša op het Glyndebourne Festival en in de grote theaters van Wenen, Londen, Parijs en Zürich.
Zijn opnames van de vioolconcerten van Martinů en Bartók met Frank Peter Zimmermann en dat van Dvořák met Augustin Hadelich werden hooggeprezen; Bruckners Vierde en Mahlers Vierde symfonie met de Bamberger Symphoniker waren goed voor een ICMA Prize respectievelijk een Preis der deutschen Schallplattenkritik.
Jakub Hrůša studeerde in Praag bij onder anderen Jiří Bělohlávek en was in 2015 de eerste winnaar ooit van de Sir Charles Mackerras Prize. In 2020 kreeg hij naast de Bayerische Staatspreis für Musik ook in zijn vaderland de Antonín Dvořák Prize. De dirigent is voorzitter van de International Martinů Circle en van The Dvořák Society.