1e concertmeester
Liviu Prunaru
Liviu Prunaru studeerde bij Alberto Lysy aan de beroemde Menuhin Music Academy in Gstaad en bij Dorothy DeLay in New York. Sinds het najaar van 2006 is hij concertmeester van het Concertgebouworkest. Tussen 2010 en 2012 was hij bovendien artistiek directeur van de Menuhin Music Academy.
In 1993 won hij de Prijs Eugène Ysaÿe, de publieksprijs én de tweede prijs van het Koningin Elisabeth Concours. Het winnen van de Juilliard Mendelssohn Concours in 1999 leidde tot zijn solodebuut in Lincoln Center in New York met de Juilliard Symphony. Liviu Prunaru trad sindsdien als solist op met het Royal Philharmonic Orchestra en het London Symphony Orchestra en gaf recitals over de hele wereld.
In mei 2008 soleerde hij voor het eerst met het Concertgebouworkest in een uitvoering van Saint-Saëns Derde vioolconcert. In december 2012 was hij de solist in Dvořáks Vioolconcert, en in juni 2014 in Piazzolla's Las cuatro estaciones Porteñas (Vier seizoenen van Buenos Aires). In september 2017 was hij solist in Caprice Roumain van zijn landgenoot George Enescu.
Liviu Prunaru bespeelt de 'Paschoud' van Stradivari uit 1694, eigendom van Stichting Instituut Gak. Deze stichting heeft de viool aan de Stichting Koninklijk Concertgebouworkest in bruikleen heeft gegeven. In het najaar van 2021 heeft hij bovendien van de Foundation Concertgebouworkest een bijzondere Tourte strijkstok tot zijn beschikking gekregen.
Liviu Prunaru studeerde bij Alberto Lysy aan de beroemde Menuhin Music Academy in Gstaad en bij Dorothy DeLay in New York. Sinds het najaar van 2006 is hij concertmeester van het Concertgebouworkest. Tussen 2010 en 2012 was hij bovendien artistiek directeur van de Menuhin Music Academy.
In 1993 won hij de Prijs Eugène Ysaÿe, de publieksprijs én de tweede prijs van het Koningin Elisabeth Concours. Het winnen van de Juilliard Mendelssohn Concours in 1999 leidde tot zijn solodebuut in Lincoln Center in New York met de Juilliard Symphony. Liviu Prunaru trad sindsdien als solist op met het Royal Philharmonic Orchestra en het London Symphony Orchestra en gaf recitals over de hele wereld.
In mei 2008 soleerde hij voor het eerst met het Concertgebouworkest in een uitvoering van Saint-Saëns Derde vioolconcert. In december 2012 was hij de solist in Dvořáks Vioolconcert, en in juni 2014 in Piazzolla's Las cuatro estaciones Porteñas (Vier seizoenen van Buenos Aires). In september 2017 was hij solist in Caprice Roumain van zijn landgenoot George Enescu.
Liviu Prunaru bespeelt de 'Paschoud' van Stradivari uit 1694, eigendom van Stichting Instituut Gak. Deze stichting heeft de viool aan de Stichting Koninklijk Concertgebouworkest in bruikleen heeft gegeven. In het najaar van 2021 heeft hij bovendien van de Foundation Concertgebouworkest een bijzondere Tourte strijkstok tot zijn beschikking gekregen.
Liviu Prunaru studeerde bij Alberto Lysy aan de beroemde Menuhin Music Academy in Gstaad en bij Dorothy DeLay in New York. Sinds het najaar van 2006 is hij concertmeester van het Concertgebouworkest. Tussen 2010 en 2012 was hij bovendien artistiek directeur van de Menuhin Music Academy.
In 1993 won hij de Prijs Eugène Ysaÿe, de publieksprijs én de tweede prijs van het Koningin Elisabeth Concours. Het winnen van de Juilliard Mendelssohn Concours in 1999 leidde tot zijn solodebuut in Lincoln Center in New York met de Juilliard Symphony. Liviu Prunaru trad sindsdien als solist op met het Royal Philharmonic Orchestra en het London Symphony Orchestra en gaf recitals over de hele wereld.
In mei 2008 soleerde hij voor het eerst met het Concertgebouworkest in een uitvoering van Saint-Saëns Derde vioolconcert. In december 2012 was hij de solist in Dvořáks Vioolconcert, en in juni 2014 in Piazzolla's Las cuatro estaciones Porteñas (Vier seizoenen van Buenos Aires). In september 2017 was hij solist in Caprice Roumain van zijn landgenoot George Enescu.
Liviu Prunaru bespeelt de 'Paschoud' van Stradivari uit 1694, eigendom van Stichting Instituut Gak. Deze stichting heeft de viool aan de Stichting Koninklijk Concertgebouworkest in bruikleen heeft gegeven. In het najaar van 2021 heeft hij bovendien van de Foundation Concertgebouworkest een bijzondere Tourte strijkstok tot zijn beschikking gekregen.