dirigent
Emmanuelle Haïm
Na haar studie piano en klavecimbel besloot Emmanuelle Haïm zich op orkestdirectie te storten. Ze richtte in 2000 Le Concert d’Astrée op, dat zich wijdt aan de uitvoering van zeventiende- en achttiende-eeuwse muziek op authentieke instrumenten. De Franse dirigente/klaveciniste en haar orkest werkten samen met bekende solisten als Cecilia Bartoli, Philippe Jaroussky, Magdalena Kožená, Rolando Villazón en Anne Sofie von Otter. Ze oogstten veel succes met geënsceneerde opvoeringen van opera’s van onder anderen Monteverdi, Rameau, Händel en Mozart en hun vele cd- en dvd-opnamen.
Naast haar optredens met Le Concert d’Astrée is Emmanuelle Haïm een veelgevraagd gastdirigente. Ze onderhoudt sterke banden met de Berliner Philharmoniker en het Los Angeles Philharmonic en stond ook voor de Wiener Philharmoniker, de New York Philharmonic, het London Symphony Orchestra, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en het Gewandhausorchester Leipzig. Haar beoogde debuut bij het Concertgebouworkest in april 2020 werd vanwege de coronapandemie uitgesteld naar 2024.
Ze leidde operaproducties in Glyndebourne (Händels Theodora, Monteverdi’s L’incoronazione di Poppea) en Zürich (Hippolyte et Aricie van Rameau) en was de eerste vrouwelijke dirigent ooit bij de Chicago Lyric Opera (Händels Giulio Cesare).
Vanwege haar verdiensten voor de barokmuziek en haar muzikale expertise werd ze uitgeroepen tot Chevalier de la Légion d’honneur, Officier des Arts et des Lettres, Officier de l’ordre national du Mérite en Honorary Member of the Royal Academy of Music.
Na haar studie piano en klavecimbel besloot Emmanuelle Haïm zich op orkestdirectie te storten. Ze richtte in 2000 Le Concert d’Astrée op, dat zich wijdt aan de uitvoering van zeventiende- en achttiende-eeuwse muziek op authentieke instrumenten. De Franse dirigente/klaveciniste en haar orkest werkten samen met bekende solisten als Cecilia Bartoli, Philippe Jaroussky, Magdalena Kožená, Rolando Villazón en Anne Sofie von Otter. Ze oogstten veel succes met geënsceneerde opvoeringen van opera’s van onder anderen Monteverdi, Rameau, Händel en Mozart en hun vele cd- en dvd-opnamen.
Naast haar optredens met Le Concert d’Astrée is Emmanuelle Haïm een veelgevraagd gastdirigente. Ze onderhoudt sterke banden met de Berliner Philharmoniker en het Los Angeles Philharmonic en stond ook voor de Wiener Philharmoniker, de New York Philharmonic, het London Symphony Orchestra, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en het Gewandhausorchester Leipzig. Haar beoogde debuut bij het Concertgebouworkest in april 2020 werd vanwege de coronapandemie uitgesteld naar 2024.
Ze leidde operaproducties in Glyndebourne (Händels Theodora, Monteverdi’s L’incoronazione di Poppea) en Zürich (Hippolyte et Aricie van Rameau) en was de eerste vrouwelijke dirigent ooit bij de Chicago Lyric Opera (Händels Giulio Cesare).
Vanwege haar verdiensten voor de barokmuziek en haar muzikale expertise werd ze uitgeroepen tot Chevalier de la Légion d’honneur, Officier des Arts et des Lettres, Officier de l’ordre national du Mérite en Honorary Member of the Royal Academy of Music.
Na haar studie piano en klavecimbel besloot Emmanuelle Haïm zich op orkestdirectie te storten. Ze richtte in 2000 Le Concert d’Astrée op, dat zich wijdt aan de uitvoering van zeventiende- en achttiende-eeuwse muziek op authentieke instrumenten. De Franse dirigente/klaveciniste en haar orkest werkten samen met bekende solisten als Cecilia Bartoli, Philippe Jaroussky, Magdalena Kožená, Rolando Villazón en Anne Sofie von Otter. Ze oogstten veel succes met geënsceneerde opvoeringen van opera’s van onder anderen Monteverdi, Rameau, Händel en Mozart en hun vele cd- en dvd-opnamen.
Naast haar optredens met Le Concert d’Astrée is Emmanuelle Haïm een veelgevraagd gastdirigente. Ze onderhoudt sterke banden met de Berliner Philharmoniker en het Los Angeles Philharmonic en stond ook voor de Wiener Philharmoniker, de New York Philharmonic, het London Symphony Orchestra, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en het Gewandhausorchester Leipzig. Haar beoogde debuut bij het Concertgebouworkest in april 2020 werd vanwege de coronapandemie uitgesteld naar 2024.
Ze leidde operaproducties in Glyndebourne (Händels Theodora, Monteverdi’s L’incoronazione di Poppea) en Zürich (Hippolyte et Aricie van Rameau) en was de eerste vrouwelijke dirigent ooit bij de Chicago Lyric Opera (Händels Giulio Cesare).
Vanwege haar verdiensten voor de barokmuziek en haar muzikale expertise werd ze uitgeroepen tot Chevalier de la Légion d’honneur, Officier des Arts et des Lettres, Officier de l’ordre national du Mérite en Honorary Member of the Royal Academy of Music.