dirigent
Andris Nelsons
Andris Nelsons groeide in Riga op in een gezin van musici. Voordat hij begon met zijn directiestudie was hij trompettist in het orkest van de Letse Nationale Opera. In 2001 vertrok hij naar Sint-Petersburg om directie te studeren bij Alexander Titov. Een jaar later nam hij privélessen bij Mariss Jansons.
In 2003 werd Andris Nelsons chef-dirigent van de Letse Nationale Opera in Riga (tot 2007), van 2006 tot 2009 stond hij aan het roer van de Nordwestdeutsche Philharmonie (van 2006 tot 2009). Van 2008 tot juni 2015 maakte hij furore als music director van het City of Birmingham Symphony Orchestra.
Als gastdirigent staat hij regelmatig voor de Berliner en de Wiener Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en de New York Philharmonic. Hij leidde succesvolle operaproducties bij de Royal Opera House in Londen, de Wiener Staatsoper en de Metropolitan Opera in New York. Verschillende keren was Andris Nelsons te gast op de Bayreuther Festspiele.
Sinds zijn debuut in 2008 dirigeerde hij met grote regelmaat het Concertgebouworkest, zowel in Amsterdam als op tournees. Zo leidde hij de concertante uitvoeringen van Wagners Der fliegende Hollander in 2013 en dirigeerde hij het orkest in de symfonieën nr. 4, 5, 6, 7, 8, 10 en 11 van Sjostakovitsj. In januari 2020 keerde hij terug voor een bijzondere uitvoering van Skrjabins Prometheus, met een prominente rol voor het oorspronkelijk voorgeschreven lichtorgel.
Andris Nelsons groeide in Riga op in een gezin van musici. Voordat hij begon met zijn directiestudie was hij trompettist in het orkest van de Letse Nationale Opera. In 2001 vertrok hij naar Sint-Petersburg om directie te studeren bij Alexander Titov. Een jaar later nam hij privélessen bij Mariss Jansons.
In 2003 werd Andris Nelsons chef-dirigent van de Letse Nationale Opera in Riga (tot 2007), van 2006 tot 2009 stond hij aan het roer van de Nordwestdeutsche Philharmonie (van 2006 tot 2009). Van 2008 tot juni 2015 maakte hij furore als music director van het City of Birmingham Symphony Orchestra.
Als gastdirigent staat hij regelmatig voor de Berliner en de Wiener Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en de New York Philharmonic. Hij leidde succesvolle operaproducties bij de Royal Opera House in Londen, de Wiener Staatsoper en de Metropolitan Opera in New York. Verschillende keren was Andris Nelsons te gast op de Bayreuther Festspiele.
Sinds zijn debuut in 2008 dirigeerde hij met grote regelmaat het Concertgebouworkest, zowel in Amsterdam als op tournees. Zo leidde hij de concertante uitvoeringen van Wagners Der fliegende Hollander in 2013 en dirigeerde hij het orkest in de symfonieën nr. 4, 5, 6, 7, 8, 10 en 11 van Sjostakovitsj. In januari 2020 keerde hij terug voor een bijzondere uitvoering van Skrjabins Prometheus, met een prominente rol voor het oorspronkelijk voorgeschreven lichtorgel.
Andris Nelsons groeide in Riga op in een gezin van musici. Voordat hij begon met zijn directiestudie was hij trompettist in het orkest van de Letse Nationale Opera. In 2001 vertrok hij naar Sint-Petersburg om directie te studeren bij Alexander Titov. Een jaar later nam hij privélessen bij Mariss Jansons.
In 2003 werd Andris Nelsons chef-dirigent van de Letse Nationale Opera in Riga (tot 2007), van 2006 tot 2009 stond hij aan het roer van de Nordwestdeutsche Philharmonie (van 2006 tot 2009). Van 2008 tot juni 2015 maakte hij furore als music director van het City of Birmingham Symphony Orchestra.
Als gastdirigent staat hij regelmatig voor de Berliner en de Wiener Philharmoniker, het Symphonieorchester des Bayerischen Rundfunks en de New York Philharmonic. Hij leidde succesvolle operaproducties bij de Royal Opera House in Londen, de Wiener Staatsoper en de Metropolitan Opera in New York. Verschillende keren was Andris Nelsons te gast op de Bayreuther Festspiele.
Sinds zijn debuut in 2008 dirigeerde hij met grote regelmaat het Concertgebouworkest, zowel in Amsterdam als op tournees. Zo leidde hij de concertante uitvoeringen van Wagners Der fliegende Hollander in 2013 en dirigeerde hij het orkest in de symfonieën nr. 4, 5, 6, 7, 8, 10 en 11 van Sjostakovitsj. In januari 2020 keerde hij terug voor een bijzondere uitvoering van Skrjabins Prometheus, met een prominente rol voor het oorspronkelijk voorgeschreven lichtorgel.